Totaal aantal pageviews

donderdag 30 juni 2016

Uit de dossiers van accountantskantoor van Gellekom& Fröhlich (a woman is only a woman)





Collega Fröhlich en ik zitten hier gewoon in the middle of nowhere,  in een oud Kerkje waar, ik noem maar iemand, Jezus, zomaar bij ons aan tafel kan komen aanschuiven.Keigaaf!

Wij zitten te wachten op meneer pastoor. Meneer pastoor wil dat wij zijn boekhouding gaan doen. Omdat we toch al een kwartier hier zitten te wachten kijk ik maar eens om mij heen. Het is een oud kerkje. Een verdomd oud kerkje zelfs. Een nieuwe windvlaag en zeg maar dag met je handje.

Fröhlich is een beetje stil voor zijn doen. Gaat niet goed met zijn relatie heb ik begrepen.


Dan komt meneer pastoor binnen, zwart pak, witte boord en een bos grijze haren. Hij geeft ons een klamme hand. Meneer pastoor ziet mij kijken naar zijn grijze haar. .’Ik weet wat je denkt, m’n zoon, jij denkt, Jezus wat een ouwe pastoor met al dat grijze haar. Heb ik gelijk of niet?
‘Eh ..,’ probeer ik.
‘Zie je wel. Maar laat mij je dit zeggen m’n zoon; grijze haren zijn een zegen, vraag dat maar aan elke kale vrouw.’
Dan kijkt hij naar Fröhlich:, ‘en wat mankeert er aan jou m’n zoon. Je kijkt alsof je op het punt staat een IKEA kast in elkaar te zitten.’

‘Ach, een beetje problemen met mijn vrouw, ’zegt Fröhlich.  ‘Ze wil niks meer samen doen en ze denkt tegenwoordig alleen nog aan zichzelf. ’Tja mijn zoon; zie het zo:als iedereen aan zichzelf zou denken zou er aan iedereen gedacht worden.’
Hier moet ik over nadenken. Ik geloof mijn oren niet. Is dit echt een pastoor.
‘Nog meer problemen m’n zoon?,’ vraagt hij aan Fröhlich.  Die fronst en zegt: ‘ tja, ze gaat veel met haar vriendinnen stappen en ik denk dat ze dan  negatief over mij praat want die vriendinnen zeggen niet eens gedag meer als ik ze tegen kom.’
‘Mooi mooi’, zegt meneer pastoor. ‘Je moet maar zo denken; als ze over je roddelen kom je dingen over jezelf te weten die je nog niet wist. Niet dan?  En laten we wel wezen; je kunt beter geen vrouw hebben. Elke vrouw heeft minstens drie problemen: ze heeft een gat in haar hand, ze heeft nooit iets om aan te trekken en ze heeft geen kasten genoeg om het allemaal in te hangen hahahahahahah’

Ineens komt er een andere man door een zijdeur de kerk in: “Ach, de heren zijn er al, zie ik.
Ik ben meneer pastoor. Ik zie dat u al kennis heeft gemaakt met Arie. Hij is toch niet lastig hè? Hij is , laat ik het voorzichtig formuleren, wat achter in zijn denkvermogen. Arie helpt mij af en toe met opruimen en zo.’
Arie grinnikt. Meneer pastoor ook.  Frolich niet. Die zit erbij alsof hij Jezus bellen ziet blazen van gebakken lucht.
Arie geeft hem een vriendschappelijke klap op zijn schouder: ‘Ach mijn zoon,  praat met je vrouw. Je hoeft maar twee dingen te zeggen om de gemoedstoestand van je vrouw te veranderen; ik houd van je en 50% korting.
Hij grinnikt. Meneer pastoor ook.
Fröhlich niet.
Ik  steek bij hoge uitzondering een sigaartje op en zeg:'Ach Fröhlich , zoals Kipling al zei: "a woman is only a woman but a good sigar is a smoke..."'

woensdag 29 juni 2016

Ouwemannen lucht




Samen met collega Fröhlich  zit ik in de auto op weg naar een cliënt van ons accountantskantoor..
Fröhlich vraagt om welke klant het gaat.
‘Geen idee, Fröhlich,’  zeg ik opgewekt.  ‘Ik heb alleen zijn hobby onthouden.  Daar had hij het over aan de telefoon.  Het heeft iets te maken met het fabriceren van houtskookrubbings van grafzerken. Help mij eraan te herinneren dat ik hem er naar vraag.’
Om de tijd te doden zet ik een cd op.  Zestiger jaren shit maar goed, je moet wat.
‘Kan die herrie uit?,’  vraagt Fröhlich op zijn gebruikelijke vriendelijke manier

Dus zet ik de muziek op stadionsterkte. ‘Dit is Wooly Booly van Sam the Sham and the Pharaos, Frohlich. Heb je niet opgelet op school?’
Fröhlich zucht en doet zijn jas uit waardoor wij geconfronteerd worden met een fel rood Noors vest en Sam the Sham twee noten overslaat.’
“Luister Fröhlich,’  zeg ik  "geduldig",   ‘We zijn op weg naar een klant,  ja.  We zijn, en dat benadruk ik hierbij,  niet op weg om ergens te poseren voor een Noors breipatroon.’

Fröhlich zucht weer en vraagt of ik een pepermuntje wil terwijl ik naar het volgende nummer op de CD klik. Clifff Richard nu (Klef, voor intimi). The young ones. 'Lekker actuele titel hè, Frohlich, gelet op de recente beschuldigingen van pedofilie van heer Richard?  Gelukkig werd hij vrijgesproken want here Richard is zo rein als God zelf. Sterker nog. Wanneer here Richard sterft, loopt hij direct naar God's troon onder de woorden: 'weet u wel dat u op MIJN plaats zit. Maar toch.....die titel hè, the young ones.. Ik weet het niet.'

Fröhlich zwijgt even en zegt dan:  ‘er bestaat een woord voor jou, van Gellekom.’

Ik krijg er een beetje genoeg van. Wij rijden door een wijk ergens in een plaats dat Fiemel heet. Godbewareme.
Een straat met flats met rare balkons.  Mensen die thee drinken op balkons met uitzicht op mensen die op andere balkons thee drinken. Waar gaat het nog over.
Fröhlich vraagt of ik wil stoppen bij de dameskapper die wij net passeren. Hij moet even plassen en heeft honger (?)
Dus stop ik bij de dameskapper en wij stappen uit.

Binnen bestelt Fröhlich een portie matseballen en gehakte haring op een bedje van geraspte mierikswortel. Die humor van Fröhlich.  Hij zou zalen kunnen vullen.
De kapster kijkt onbewogen naar Fröhlich: ‘U heeft een ouwemannen-lucht om u heen hangen, wist u dat? ,’  zegt ze dan.  ‘Het ruikt naar beschimmelde zemelen.’
Frohlich zwijgt even. Verslagen op woorden in Fiemel.  Kom schat, het was maar een geintje hoor’, lacht hij .Dan vraagt hij of er ergens hier in Fiemel een snackbar is.
Kapster trekt haar neus op: “Dat hebben we wel,  ja maar laat die man daar,’  en ze wijst op mij en mijn recent aangekochte parka, ‘ zijn kamelendekje uittrekken want de snackbar-eigenaar is allergisch voor de meur die er vanaf komt. En die grijze vlekken daar, op zijn mouw, zijn dat vlekken waar je over moet biechten?’
En zijn Noorse trui dan?,' stamel ik geschokt. En ik wijs op de potsierlijke uitdossing die Fröhlich een trui noemt.

Fröhlich zwijgt. En de dameskapster zwijgt.
Ik zwijg ook. Wat moet je in Godsnaam zeggen in zo'n geval.
Fiemel....of all places..

En geloof me, het bestaat echt. Kijk maar op de kaart..


Een lange nacht en heel veel verveling

Als ik mijn kantoor binnenwandel zie ik daar collega Fröhlich de krant lezen.
‘Niks te doen,  Fröhlich?’
‘Allemaal zaken die kunnen wachten,’ mompelt  Fröhlich terwijl hij een hap neemt uit een gevulde koek.
‘Zaken die kunnen wachten, hè? Daar heb ik nog nooit van gehoord.  Die zijn zeker pas op de markt. Daar wil ik er ook wel een paar van.’

Fröhlich doet of hij niets hoort maar leest voor uit de krant: 'een bekende Nederlander, ik noem zijn naam niet, heeft het licht gezien. Hij is tegenwoordig in de Here.'
'Is dat zo?,' vraag ik verbaasd.  Die man ging toch regelmatig naar de hoeren?'
'Klopt,' zegt  Fröhlich. Maar tegenwoordig gaat hij ook naar de kerk, om zijn karma in balans te brengen.'
Omdat ik op dit nachtelijke uur nog niet zo goed ben in deelnemende geluidjes zoals  ‘wat erg toch’ en  ‘ach jee’,  de basisvaluta van de reactie op menselijke tragedies, reageer ik niet en loop naar de koffieautomaat.
Fröhlich haalt een fles uit zijn tas en giet iets drabberigs in een plastic bekertje:’Ook een bekertje bietensap, van Gellekom?’
‘Nee dank je, Fröhlich. Ik ben al een tijdje geleden de grens naar het beloofde land van de croissantjes en cappuccino overgestoken.’
‘Verse gevulde koek dan?’
Die neem ik aan.  Het ruikt lekker en ik neem een forse hap.
‘Wist jij, van Gellekom, dat met betrekking tot het vulsel van de gevulde koek,  achteraf uiteraard,  niemand kon vermoeden dat het geheime ingrediënt van bakker van der Gorenstam, voortkomt uit een gezonde man, een lange nacht en heel veel verveling?’
Dus spuug ik de hap uit.  Fröhlich heeft weer zo’n bui.

Ik vraag hem of hij nog naar het concert van zijn idool Guus Meeuwis is geweest.
‘Nou je het zegt; neen!  In plaats daarvan ben ik lekker uit eten geweest en draaide daarna een Greatest Hits cd van Guus. O, die heb ik overigens ergens neergelegd. Hè, verdorie, waar is dat kreng nou gebleven?’
‘Fröhlich,  ik zal je een advies geven.  Je raakt zo vaak en zoveel dingen kwijt. Ga eens bij je witgoedhandelaar informeren naar een zoekmachine.’
Fröhlich loopt beledigt weg en ik jat zijn overgebleven gevulde koek die ondanks de ingrediënten uitstekend smaakt.

Daarna verdiep ik mij in de krant en in bekeerde bekende Nederlanders met een hang naar zuiver karma waarna Fröhlich zijn afzichtelijke hoofd om de hoek steekt: ’ook bezig met zaken die wel kunnen wachten I presume?’
Ik verslik me in een ingrediënt..

zondag 26 juni 2016

Uitvindingen en dergelijke


Zit ik net mijn horrorscoop voor 2016 te lezen, komt mijn collega Fröhlich binnen.
‘Aan aan het werk, van Gellekom? Dat zou de eerste keer zijn dit jaar.'
‘Niet zo brutaal, jochie, ik ben met mijn horoscoop bezig. Daar geloof ik in.’
Dan wordt er aangebeld en Fröhlich laat een man van een jaar of vijftig binnen. Normaal postuur, fout jasje, nog foutere das en de meest foute schoenen die er in omloop zijn.

Voor de rest lijkt hij mij op het eerste gezicht een sociale vent. Zo’n vent die in de kroeg met zijn vrienden gaat plassen, of hij moet of niet, en zegt: 'Het kost me niets en het doet die lui een plezier.‘
‘Van der Steekje is mijn naam,' stelt hij zich voor. ‘Ik  ben uitvinder en heb een paar nieuwe uitvindingen gedaan. Ik wil iets weten over octrooirechten en de boekhoudkundige gevolgen.’
‘Mooi,’ zeg ik. ’ Wat voor uitvindingen zijn dat als ik vragen mag?’
‘Tja,’ zegt hij. ‘Maar mondje dicht hè? Ik heb bijvoorbeeld een waterdicht theezakje uitgevonden. Wordt een revolutie in de theewereld.' Hij wipt met zijn wenkbrauwen op en neer terwijl hij mij afwachtend aankijkt.
‘Dat is geniaal meneer van der Steekje,’ reageer ik. 'Dat gaat miljarden opleveren. Nog meer van zulke leuke dingetjes in elkaar gefrutseld?’
‘Beetje meer respect van Gellekom. En ja, klapstuk van mijn oeuvre vormt toch wel mijn draadloze bumpeejumper. In deze tijd van internet en mobieltjes een onmisbaar gadget. En draagbaar hè!’

Ik kijk hem lang aan. En ik kijk Fröhlich aan. Fröhlich kijkt weg.
‘Eh..oké, dat was het?’
‘Absoluut niet. Zo heb ik onlangs een rolstoel met trappers uitgevonden. Prachtig in kanarieleer uitgevoerd en met inwendige trommelremmen. Daarnaast kan ik u nog melden dat ik in verregaande onderhandeling ben met de makers van de Arena. Jazeker, ik heb ze de tekeningen van een overdekte landingsbaan voorgelegd en ondervond niets anders dan lof.’
‘Goed, voor ik met u in zee ga wil ik uw sterrenbeeld weten meneer van der Steekje.'
‘O, moet dat? Nou ja, ik ben een Schorpioen.’
‘Mooi, even kijken. Schorpioen: “pas op voor vriendelijke collega's op school of op het werk. Ze zijn op jouw werk en aantekeningen uit. Laat oude koeien in de sloot zitten. Achter de schermen zijn vreemde krachten werkzaam. Een zwart gat beheerst je leven de komende tijd. Alles raakt kwijt, van je lenzen tot je sokophouders.. Mijd eventuele liften tussen 2 en 3 uur ’s middags en…mijd accountantskantoren. Daarnaast..…’

Van der Steekje staat met een rood hoofd op en rent de deur uit. Zijn Albert Heijn tasje met uitvindingen in zijn armen geklemd.
Fröhlich lacht zich een deuk .
‘Zal ik jouw horoscoop ook even voorlezen, Fröhlich?’
Hij stopt abrupt me lachen.
'Watte?’
‘Darmstoornissen houden je wekenlang aan de pleepot gekluisterd. Niets helpt. De sterren lachen in hun vuistje.”
Fröhlich verdwijnt .
Life is a miracle if everything goes well.

donderdag 23 juni 2016

HEMA

Snel loop ik de HEMA in Amsterdam binnen. Een groot televisiescherm aan de wand. Dat zie je veel tegenwoordig, televisieschermen aan wanden. Ik snap niet waarom dat is,  of wanneer dat begonnen is. Iedereen heeft nu gemiddeld vier tv’s in huis dus waarom zou je zo’n ding in je zaak hangen.
Het scherm vertoont een soort achtergronden- bij -het -nieuws- programma. Geen geluid. Ook zoiets, je hangt een scherm van ruim twee bij twee meter aan je wand maar het geluid zet je uit.

Op het scherm een man die kranten laat zien en wat die kranten vandaag allemaal schrijven. Kijk, dan beschik je als omroep toch over een vrij opmerkelijke onnozelheid als je denkt dat kijkers zelf geen krant kunnen lezen. Maar oké, ik ben bij de HEMA en die verkopen ook worsten aan mensen die vast geen krant lezen. Anders wisten ze dat je met zo’n worst je leven waagt.
Er komt een dame op mij af. Op haar borst een button met HEMA: ‘Wilt u zelf even rondkijken of zal ik u helpen,’ vraagt ze enthousiast.  Daar denk ik over na: ‘bedoelt u wat ik denk dat u bedoelt? ‘
‘Watte?”
‘Bedoelt u echt dat u mij gaat helpen met rondkijken? Hoe werkt dat? Gaat wij dan samen op een gemotoriseerde bakfiets door de winkel scheuren voor een bedorven worsten rondleiding?’  Ze wordt een beetje rood.

Op de tv intussen het weer. Geluidloos. Daar houd ik dan weer wel van. Geluidloos weer. Je zit dan toch minder in over windhozen en verregende zomers.gladde wegen en ruiten krabben. En die instormende depressie geldt alleen voor de kop van Noord-België.
‘Meneer, ik wil u alleen maar helpen hoor.’ Ze fronst. Duidelijk boos. Ze lijkt mij zo’n vrouw die boven in haar hobbykamer ’s avonds woedende dingen zit te typen over al die tyfusklanten van vandaag. Kan ik inkomen. “Sorry, ‘ zeg ik.  ‘Ik zoek een deurmat want mijn hond heeft de oude deurmat ondergekotst.’
‘Hmmm, wij verkopen op dit moment geen deurmatten. Wat wij nog aan deurmatten hadden, hebben wij uiteraard verwerkt in onze rookworsten.’ Ze kijkt mij afwachtend aan. Wij beginnen tegelijk hard te lachen.Bij nader inzien denk ik dat zij alleen maar geestige dingen schrijft  ’s avonds in haar hobbykamer..

The Voice

Terwijl ik vanmorgen ruim twee uur mocht luisteren naar een  uitvoering op tv van het Brandenburg concerto no.1 in F major:I Allegro, door het Nederlands kamerorkest besef ik weer hoeveel mooie muziek wij eigenlijk ter beschikking hebben.
Heel wat anders dan het concert in C ongesteld waar ik nu naar zit te kijken. Een herhaling van de finale van iets dat Voice of Holland heet..
Tussen de bedrijven door kijk ik, want ik sta te strijken. En plotseling, zonder enige waarschuwing vooraf, word ik opgeschrikt door een act met lachgas. Dat blijkt later om ene zangeres te gaan die Duffy heet. Met zo'n stem kun je tegenwoordig dus een internationale carrière op de kaart zetten.
Men klapt daarna. Geen idee waarom.


Intussen blijf ik worstelen met een gekreukt overhemd dat maar kreukels blijft vertonen ,hoewel ik mij met wisselend succes volledig op de strijkbout heb geworpen.
Het concert in C ongesteld blijkt zowaar ook nog een winnaar op te leveren. Dat gaat in dit geval om een soort veelkleurige karaoke zanger die zich qua tatoeages kan meten met een Dendrelaphis pictus, oftewel de gladde slang.
Zijn stem doet mij denken aan de lokroep van een schorre dwergkameel met een geblesseerde stokstaart op zijn rug. Genoemde stokstaart vertoont overigens een treffende gelijkenis met presentatrice Wendy van Dijk, maar dit geheel terzijde.
Die Wendy van Dijk is een fantastische presentatrice . Niemand kan zo knap een goedlachse presentatrice acteren als Wendy. Ik bedoel, ze kan zo goed zorgzaam en positief lijken voor de kandidaten, dat die kandidaten juichend en vrijwillig deze talentenjacht willen verliezen.


Haar collega presentator Martijn Krabbe die net zo lekker babbelt als een door de geestelijke gezondheid opgegeven kreeft die op het punt staat in een ketel vloeibaar lood te worden afgezonken, ziet er ook buitengewoon feestelijk uit.
Hij is gekleed in iets waar veel neonlicht in is verwerkt en dat licht geeft bij elke valse noot van een kandidaat en dat zijn er nogal wat. Die valse noten ,bedoel ik.
Je moet toch echt elke schaamte voorbij zijn als je je vrijwillig in een dergelijke kermisattractie gaat vertonen.
Maar goed, smaken verschillen en ik heb gewoon mijn dag niet. Dan ga ik wartaal uitslaan.


Zijn er nog optimistische, positieve zaken te vermelden? Niet echt, tenzij je het feit dat mijn strijkbout  nog op mijn overhemd staat, positief wilt noemen.
Er zit een brandplek op het overhemd.
Ik accepteer het.

Wat moet je anders..

vrijdag 17 juni 2016

Viral gaan

Viral gaan! Die term hoor ik steeds vaker. Ik krijg een jeuk-achtig gevoel, ergens bij de darmen, als ik die term hoor. En vooral van wat er staat voor die term.
Viral gaan betekent, in het kort: Wanneer bepaalde content, vaak een video, via You Tube zich in razend tempo als een inktvlek over het internet uitspreidt.


Sinds Matthijs  van Nieuwkerk van de Wereld draait door, begon  om  YouTube naar de omroepen te brengen teneinde zijn talkshow te voorzien van extra kudde’s ,wanhopig naar (leed)vermaak zoekende slachtoffers, is nu elke talkshow in zijn spoor getreden. Kortom, het vlees geworden extra kijkcijfer werd geboren. .Elke dag laat Matthijs sensationele filmpjes van YouTube  zien waarin katten van tafels vallen, honden achter hun staart aanlopen en meer van dat fraais.
Zelfs, oh my God,  Umberto Tan, een man die ik toch zeer bewonder, een man waarvan je rustig kan zeggen dat het begrip ideale schoonzoon op zijn lijf geschreven is, nam een jochie in dienst die achter een bureau staande, met een potlood in zijn vingers draaiend, dezelfde filmpjes als die van Matthijs, mag laten zien in Umberto’s talkshow.
Dat joch trekt er dan een gezicht bij alsof hij het zelf allemaal verzonnen heeft.
Daar krijg ik dus een jeuk-achtig gevoel van. Of is het jeukachtig ? Kan de taalpolitie van deze site hier eens naar kijken?
Het is dezelfde jeuk die ik als kind ervoer toen mijn moeder en ik,  door mijn tante werden uitgenodigd voor het jaarlijkse dia avondje. Mijn tante borg zichzelf jaarlijks zes weken op in een caravan in Bakkum, en maakte daar foto’s en dia’s  van. Ik heb het over de tijd vóór de smartfone ellende. Tante roerend in een pan, tante, met een regenjas en paraplu zittend voor de caravan. Met een grijns die nog meer slecht weer voorspelde. Tante tot haar oksels in het zand in de duinen. Tante , hutspot etend, met haar benen in haar nek, vanwege de beperkte ruimte in de caravan.
Drie uur kostte zo’n dia avond. ! Drie uur!  En dan die onbedaarlijke jeuk daarna.


Ik zet de tv maar weer eens aan. Tegen beter weten in.Umberto Tan. En ik val midden  in de virale infectie van het joch: Een voetbaltrainer die langs de zijlijn met zijn hand iets uit zijn broek haalt en er vervolgens aan begint te ruiken. Hij laat het zes keer zien. Lachen!

Het potlood zwiept verrukt in de vingers van het joch..

woensdag 15 juni 2016

Boekhoudkundige kwesties


Mijn collega Fröhlich en ik zijn onderweg naar een hotel ergens in Nederland. De eigenaar nodigde ons uit vanwege “boekhoudkundige kwesties, die opgelost moeten worden”.
Of wij dat als gerenommeerd accountantskantoor op ons willen nemen.


Met de auto naderen wij het hotel. Voor de ingang een groot bord:
Kamers te huur
12 euro per uur. 100 euro per week
Spiegel aan het plafond
Nu ook met matrassen.

Binnen ziet het er uit als een afgekeurde woning.
‘Tja,’  zegt Fröhlich,  ‘dat ze dit een hotel durven te noemen. Stinkhol is nog een te goede benaming voor dit krot.’
‘Ach Fröhlich, troost ik hem, ‘politici worden ook ‘eerlijk’, ‘fatsoenlijk’ en ‘heren’  genoemd.’


Wij worden welkom geheten door de eigenaar die zich voorstelt als Vreelijk;  vet donker haar, spijkerbroek, mouwloos shirtje en de lelijkste geel-paars-bruine- laarzen die ik ooit gezien heb.
Hij biedt ons een uitsmijter aan en wij zien intussen  twee klanten met lange tanden iets vaags naar binnen werken. Ze zweten allebei. ’ Aan uw klanten te zien,’ zegt Fröhlich, ‘heeft u het gastronomische niveau van een cafetaria bijna bereikt.’
Fröhlich kan heel subtiel zijn als hij wil.
De man bedankt hem er ook nog voor.


Twee uur later zitten wij knikkebollend naar zijn monoloog te luisteren over klote allochtonen, tuig van de buitenlandse richel, kut Polen, kut Roemenen en alle inbrekers tegen de muur zetten.
Zijn stem lijkt op het geluid van een Roemeense slagviolist die Korinthisch leer staat aan te prijzen op de vogeltjesmarkt
Nog een uur later krijg ik er genoeg van: ’Misschien moet jij eens ter zake komen.’
‘Ik neem de tijd voor mijn uitleg, ja!,’roept hij beledigd.  ‘ Ik doe dingen niet graag overhaast.’
‘Dat laatste moet je onthouden,’ zegt Fröhlich, ‘als je nieuwe laarzen gaat kopen.’
Hoe dan ook, we besluiten de klus niet aan te nemen. Het ruikt teveel naar verzekeringsfraude.’
Op weg naar huis zet ik  een cd aan:
Amos Lee.
Mission Bell.

Een aanrader!

Zo’n tent is dit gewoon..


Mijn collega Fröhlich en ik hebben een afspraak met iemand van de belasting en met een van de cliënten van ons accountantskantoor om een belastingprobleem op te lossen. Wij hebben die afspraak in een tent  dat voor een restaurant moet doorgaan.
Als  we gaan zitten hoor ik ergens achter in de keuken de stem van Michael Jackson zingen maar voor hetzelfde geld is het een erg groot dier dat hevige pijn lijdt.
De eigenaar van de tent komt handenwringend naar ons toe: ’wat mag ik voor u betekenen?’
De man heeft een hoop grote tanden met een klein beetje gezicht er omheen. Zijn tanden zien eruit alsof ze voor een heel ander beest bestemd zijn. Zo beneden alle peil ga ik altijd denken als ik niet zo goed in mijn vel zit.


Beleefd bestel ik een glas karnemelk. Fröhlich bestelt bier. ‘Komt in orde heer,’'  zegt grote -tanden -met- gezicht- eromheen.
Dan komt de belastingman binnen.
Grote-tanden-met- gezicht- eromheen loopt handenwringend naar hem toe, buigt bijna en zegt: 'mag ik u een stoel aanbieden?’
'Ik zou maar oppassen', zegt Fröhlich. 'Voor je het weet graait hij je hele interieur mee.' Soms zou je ergens op een eiland willen zitten. Alleen. Zonder elementen als Fröhlich.

De deur wordt nogmaals opengegooid en daar komt onze cliënt binnen. Bezweet voorhoofd, gulp open, verkeerde sokken. Echt een klant voor ons kantoor dus.
‘Sorry meneer,’zegt cliënt tegen  belastingmeneer,’ ik ben wat laat. Ik heb mij verslapen.'
‘Dat komt namelijk zo, het werd nogal laat vannacht.. Mijn vrouw zat met haar vinger tussen de deur.’
‘Zeu zeu', zegt  belastingmeneer vol medegevoel. ‘ Maer daer ga je toch niet dood van?’
‘Zo is dat,' antwoord cliënt. Dat zei de dierenarts ook. Sterker nog, hij vroeg, afmaken maar dat kreng? '
“Hoe is het met jou, gaat de man verder alsof hij net helemaal niet zijn vrouw te grabbel heeft gegooid: ‘Nog steeds vrijgezel?’
‘Nou, nou, , lacht belastingmeneer zuinigjes. ‘dat heeft ook zijn veurdelen heur. Ik wou dat ik veur elke eh...dame waar ik mee geslapen heb, een euro kreeg ,hahahahahahaha..’
‘Waarom?’ komt cliënt er tussendoor. ’Wou je een krant kopen?’
Ik vermoed dat belastingmeneer cliënt's belastingprobleem niet gaat oplossen.


Grote-tanden-met- gezicht- eromheen laat van schrik een blad vol drank vallen.
Vanuit de keuken klinkt nu de stem van Gerard Joling maar voor hetzelfde geld is het Gordon  in doodsnood die besprongen wordt door een roedel doorgefokte belastingambtenaren.

Ik bedoel, zo’n tent is dit gewoon.

zaterdag 11 juni 2016

Whereever...

Net voor ik mijn kantoor binnen wil lopen word ik begroet door twee dames.  Allebei een jaar of vijfentwintig.  Ze lijken sprekend op elkaar. Tweelingen. Geen twijfel mogelijk.
'Dag, van Gellekom,   ik ben Hannie,'  zegt één van de dames.
'En ik ben Jannie,'  zegt de ander.
'Is het werkelijk??,'  vraag ik.  Ik dacht echt dat ik alles al had meegemaakt.
'U bent toch accountant?,'  vraagt Hannie.
'Jazeker,  hoe weet je dat?'
'Dat heeft onze oom verhuld,'  zegt Jannie.
'Verhuld??  Je bedoelt zeker onthuld.'
'whereever,'  zegt Hannie verbolgen.
'Het is whatever, lieverd.  Maar goed, hoe heet die oom?'
'U kent hem vast wel. Jan de Vries, heet hij.  Hij heeft u aangebevolen.'
'Aanbevolen, schat.'
'Ook goed,  van Gellekom. Mooi kantoor heeft u. Zit er ook een zwembad bij?'
'Natuurlijk! Wat moet een mens tegenwoordig zonder zwembad.'


Dan lopen wij mijn kantoor binnen waar wij, bij hoge uitzondering mijn medewerker, Fröhlich   al aantreffen. Meestal slaapt hij nog om deze tijd. Op andere tijden ook overigens.
'Dag Fröhlich. Dit zijn Hannie en Jannie.  Zeg eens dag tegen Fröhlich,  dames.'
'Dag Fröhlich!'
'Leuk hè,  Fröhlich?  Ik zei net nog tegen de dames dat wij zo'n geestig zwembad hebben.'
Fröhlich kijkt of hij de Here Jezus over het water ziet skiën.
'Ja,' bromt hij. ' Ik stak net mijn teen nog in het water. Minstens 30 graden.'
Hannie en Jannie kirren verrukt. ' Mogen wij straks even zwemmen?'
'Ja hoor,'  antwoord ik  ' Maar eerst het zakelijke gedeelte.  Waar hebben jullie ons voor nodig?'
'Wij willen dat jullie ons ontlastingformulier invullen,’ zegt Hannie.. Voor onze oom, Jan de Vries, doet u dat toch ook?’
“Belastingformulier, schat,’ corrigeer ik.
‘Whereever, ’antwoord Jannie. ‘Zullen we dan nu gaan zwemmen?’


Fröhlich  en ik lopen samen met Hannie en Jannie naar de achtertuin.
'Kijk,'  zegt Frohlich.  'Het is nog overdekt ook,'  en hij wijst op een rol gaas dat over een vijvertje van één bij twee is gespannen.
Hannie en Jannie kijken verbijsterd toe.  'Maar....maar...noemen jullie dat een zwembad???'
'Nou nou, dames,'antwoord Frohlich. 'Voor de siervissen die daar ronddobberen is het echt luxe hoor. En kijk eens naar dat prachtige gaas. Daar kan geen reiger bij komen hoor...'
'Maar waarom drijven ze op hun rug,  meneer Frohlich?,'  vraagt Hannie met grote ogen.
'Omdat ze hun buik willen bij bruinen, dames. Wat zeg jij ervan, van Gellekom?'

'Whereever Frohlich...Whereever... '